‘Ten einde raad schrijft Mari op 11 juni 1931 een brief aan de wethouder voor volkshuisvesting, meneer Abrahams. Met sierlijke letters, in een kaarsrecht handschrift en met zorgvuldig gekozen en beleefde woorden informeert Mari de ‘Weledele heer’ over de zwakke gezondheid van zijn vrouw, de noodzaak van een nieuwe woning en zijn inspanningen tot dan toe.’
Mari heeft het in zijn brief over zijn vrouw Uke, die een ‘zwakken borst’ heeft. Tijdens mijn onderzoek voor mijn boek Voor altijd op de vlucht kon ik op internet geen eenduidige betekenis vinden voor die term. Daarom besloot ik te kijken of er nog een oude of reeds gepensioneerde arts te vinden was die mij kon helpen. En die vond ik in Amsterdam. Dokter Nico van Hasselt, de dan oudste praktiserend huisarts van Nederland (die tot aan zijn dood in 2018, hij was toen bijna vierennegentig jaar, praktijk hield), die ik de kwaal van mijn overgrootmoeder voorlegde, wist mij te vertellen dat een ‘zwakke borst’ een algemene benaming was voor aandoeningen aan de luchtwegen en vaak het vriendelijker klinkende synoniem voor tuberculose.
Later heb ik vernomen dat de dokter die ik had benaderd een bijzondere rol in de Tweede Wereldoorlog heeft gespeeld. Het veranderde niets meer aan Ukes aandoening, maar het was wel een Engelandvaarder die zich erover gebogen had.
Foto: RTL Nieuws